Langzaam doe ik mijn ogen open. Intussen gaat het hoofdeinde van mijn bed omhoog, het zoemt lichtjes. Ik hoor een hoog stemmetje steeds luider roepen. En ineens schijnt daar fel licht! Ik ben klaarwakker. Mijn kleindochter, Laurien van vier jaar, trekt aan mijn dekbed: “OPSTAAN OPAAAAAAA!”. Nu eens geen vroege wekker maar een kleindochter die mij uit de nacht rukt.
Nog één week en dan…. Geen vroege wekker meer die me roept om me in mijn beveiligingsuniform te hijsen. Mijn laatste week. Na 44 jaar trouwe dienst bij Veiligheid Samen is het klaar. Geen planner meer die mij belt, geen e-learning die wacht of het zoveelste functioneringsgesprek. Geen collega die ziek uitvalt en ik die weer een extra dienst ga draaien. Het is klaar. Ik ga het missen of toch niet? Ik mijmer over de tijd na mijn periode. Er was nog geen vervanger voor mijn diensten gevonden. En ik ga niet alleen met pensioen, ook drie van mijn collega’s gaan dit kwartaal eruit. De planner zit met de handen in het haar. Geen personeel. Net nu alle collega’s ook nog eens twee uur per week minder gaan werken. Wie had dat gedacht? Ik zie het intussen ook overal om me heen.
Eindelijk mochten we deze week weer eens naar de stad. Gezellig ouderwets winkelen. Wel met een mondkapje en soms in de rij omdat het te vol is, maar wat het meeste opviel: al die advertenties. Geen winkel die niet vraagt om personeel. Ook in het ziekenhuis waar ik mijn laatste week draai. Afdelingen staan leeg, er is geen personeel. Het ziekteverzuim is daarnaast ook nog eens hoog door alle coronastress van de afgelopen jaren. Ik mijmer nog even verder en geef toe aan de roep van Laurien. “Hup uit de veren, de dag begint.”
Later die middag vind ik weer een moment rust en blader door de ANWB Kampioen ‘Woedend om een stopteken’. Ja, agressie is niet alleen in mijn beveiligingsvak. Bij de collega’s van de verkeersregeling wordt het helemaal te bont. Die worden gewoon omvergereden. Ik kijk weer naar Laurien die stilletjes gebogen over een kleurplaat druk in de weer is. De tafel bezaaid met kleurpotloden en stiften. In welke toekomst komt zij terecht? Mijmerend zie ik nog het Journaal langs flitsen met burgemeesters die handhaving stoppen onder het mom van een demonstratie. Een museumplein dat volloopt en leraren die in opstand zijn vanwege quarantainemaatregelen en lege klassen.
Is dit alles een droom of is het de realiteit van alledag en mijn toekomst van morgen? Wie gaat al die vacatures invullen? Is er morgen een bakker te vinden die mijn brood bakt? Wie neemt al die beveiligingstaken nog waar? Wie staat straks nog in de frontlinie en zorgt dat het geen chaos wordt en iedereen maar zijn eigen regels volgt? Ik kijk weer naar Laurien. Misschien moet ik nog maar een tijdje blijven werken. Het pensioen is ook al geen vetpot, jarenlang te weinig opgebouwd. Ja, pensioen in de beveiliging is een pensioen voor de grootverdieners. Niet voor de man van de straat. Ik neem een besluit en neem impulsief mijn telefoon en bel de planner. “Hey Joost, ja ik weet het ,vandaag mijn opa-dag en volgende week mijn rest van het opa-leven. Maar ehhh plan mij nog maar gewoon in de komende maanden. Voor mijn kleindochter en mijn portemonnee en Nederland en voor een zinvollere invulling van mijn tijd.” Planner Ilse is blij. Weer een gat in de planning gevuld. Dat is hard nodig, zeker nu Veiligheid Samen besloten heeft om er een politietaak in de regio bij te nemen. Samenwerken heet dat. Vraag is alleen: wie werkt samen met wie? Personeel is er niet en met de arbeidstijdverkorting en aankomende pensioneringen zullen er opnieuw harde keuzen gemaakt moeten worden.
Intussen dwalen haar ogen af naar haar net uitgeprinte loonstrook en kijkt ze nog eens naar de inhouding PAWW, derde ww-jaar…. Tja solidariteit gaat ver om ww-premie te betalen voor iets dat de komende 20 jaar niet zal gebeuren. Dat had beter gespendeerd kunnen worden aan een beter pensioen.
Ik wrijf in mijn ogen, mijn Garminhorloge trilt aan mijn pols. Ik word wakker. Tijd om op te staan. Overleg met de vakbond staat op de agenda. Het eerste fysieke overleg in een vol 2022. We zijn er weer klaar voor. Genoeg uitdagingen, in ieder geval genoeg voor een droomwereld!
Leon Vincken
Directeur VBe